donderdag 14 februari 2008

Moet je omkeringen bij een letterdictee fout rekenen?

Het letterdictee is een onderdeel van de vaardigheid spelling. Zou je een letterdictee laten maken met behulp van een toetsenbord, dan zouden omkeringen als s, z en j niet mogelijk zijn. Wel bij de oe, ou, ui, eu, ie, b en d. Als je dit als uitgangspunt neemt, kun je omkeringen als s, z en j goed rekenen en de andere omkeringen zijn fout.
Wel is het zo dat het verstandig is alle omkeringen te noteren, zodat u daar de nodige aandacht aan besteedt.
Bij schrijfletters komen omkeringen met s, z en j niet (of nauwelijks) voor. De andere omkeringen wel, al wordt de verwisseling van b en d minder gesignaleerd dan bij schrijven van drukletters.
Bovenstaand uitgangspunt is de richtlijn geweest bij het bepalen van de normen bij deze toets..
Wil je de schrijfvaardigheid van de leerlingen beoordelen, dan moet u alle omkeringen fout rekenen. Maar de toets is niet bedoeld om de schrijfvaardigheid te beoordelen, maar de spelling. Dat betekent dus ook dat hoofdletters eigenlijk goed mogen worden gerekend. Noteer, zoals eerder gezegd wel, dat je nog aandacht moet besteden aan de juiste schrijfvormen, niet aan de letterkennis.

Geen opmerkingen:

Blogarchief